Het Watermantijdperk

Dit is een extra les behorende bij de cursus Astrologie van het CHTA.

Inhoudsopgave

De ecliptica

Elke dag draait de Zon “om de Aarde” (tenminste, zo ervaren we dat doordat de Aarde om haar eigen as roteert), en elk jaar ervaren we de Zon zes maanden lang dichter bij, en zes maanden lang verder weg. De Zon komt in de loop van het voorjaar steeds Noordelijker tot ze bij de zomerzonnewende aangekomen is (een punt dat we 0 graden Kreeft noemen), waar de dag het langst is, en de nacht het kortst, en dan begint de Zon weer langzaam aan naar beneden te spiralen. Bij de herfst aangekomen (0 graden Weegschaal) bevindt de Zon zich op het hoogtepunt van de middag loodrecht boven de equator, de dagen en nachten zijn even lang, en vervolgens gaat de Zon steeds verder zuidwaarts tot ze bij het “wintersolstitium” aankomt, op ca. 21 december en op 0 graden Steenbok, en de langste nacht is aangebroken, (voor wat ons Noordelijk standpunt betreft), en de kortste dag: vanaf dat moment worden de dagen weer langer, de Zon keert dan weer om en komt elke dag weer een stukje dichterbij. Dit moment van diepste duisternis (21 december) is al sinds onheugelijke tijden gevierd als een feest van terugkerend Licht, een feest dat tegenwoordig gevoerd wordt op 25 december met de geboorte van Christus.

De Zon gaat vervolgens dus steeds verder Noordwaarts en zal rond 21 maart weer loodrecht op de equator zijn (midden op de dag), de dagen en nachten zijn opnieuw even lang, en vanaf dat moment loopt de Zonbaan (de ecliptica) weer op het Noordelijk Halfrond.

Kijk maar eens in de efemeride op 21 maart van een bepaald jaar: je zult zien dat de Zon dan rond 0 graden Ram staat. Als je een horoscoop maakt voor 12:00 uur ’s middags op of rond 21 maart — en rond 12:00 uur ’s middags staat de Zon altijd bij het MC, zal het MC ook 0 graden Ram zijn. Doe je dit precies een half jaar later, op 21 september, dan zal de Zon op 0 graden Weegschaal staan, en als je opnieuw een horoscoop voor 12:00 uur ’s middags maakt, zal het MC 0 graden Weegschaal zijn.

Deze jaarlijkse beweging van de Zon, met de belangrijkste vier keerpunten van:

  1. overgang van Zuidelijk naar Noordelijk halfrond — Begin van de Lente — 0 graden Ram
  2. de zomerzonnewende: de omkeer van de Zon van Noordelijke naar Zuidelijke richting, de Zomer – 0 graden Kreeft
  3. de overgang over de equator van de Zon: ze bevindt zich vanaf dat moment dagelijks op het Zuidelijk halfrond en niet langer op het Noordelijk halfrond: 0 graden Weegschaal en
  4. de winterzonnewende: de omkeer van de Zon van Zuidelijke naar Noordelijke richting, de Winter – 0 graden Steenbok

is de basis voor onze dierenriemcirkel, en dat ongeacht de werkelijke sterrenbeelden die zich achter de baan van de Zon (de ecliptica) bevinden!

Per definitie wordt het begin van de lente 0 graden Ram genoemd: die plek aan de hemel waar de Zon zich bevindt in zijn jaarlijkse baan om de Aarde heen (gemeten ten opzichte van de hoogste standen ’s middags van dag tot dag). Het begin van de herfst wordt per definitie 0 graden Weegschaal genoemd. De dierenriemcirkel is dus niets anders dan de Ecliptica, oftewel de SCHIJNBARE BAAN VAN DE ZON OM DE AARDE IN 1 JAAR TIJD.

De tropische zodiak

De ecliptica kent een Steenbokskeerkring (zie punt 4: winterzonnewende) en een Kreeftskeerkring (zie punt 2 zomerzonnewende), zoals we bij aardrijkskunde op school leerden. De Zon komt in feite niet hoger of lager benoorden of bezuiden de Equator dan de tropen! (De reden dat we hier in Nederland de Zon altijd ten Zuiden van ons zien, nooit in het Noorden, we bevinden ons hier ver boven de tropen!) De grens van die tropen wordt gemarkeerd door de Kreefts- en Steenbokskeerkring. Daarom heet de zodiak waarvan wij in het westen gebruik maken de Tropische Zodiak. (Je vindt deze term in astrologische computerprogramma’s, waar je de keuze hebt tussen de siderische en tropische zodiak).

Deze dierenriem nu, gewoon gebaseerd op de omloop van de Zon om de Aarde (schijnbaar), of (werkelijk), de omloop van de Aarde om de Zon, met de verdeling in vier seizoenen, met het grote jaarritme van opkomen, bloeien, afsterven en rusten, deze jaarverdeling is de achtergrond van de archetypische cirkel of cyclus van het leven, van dag tot dag, jaar tot jaar, leven tot leven, zonsomloop tot zonsomloop, en is de zodiak die wij in de ‘gewone’ Westerse astrologie gebruiken.

De sterren

De hemel is bezaaid met sterren. Als je naar de Zon zou kunnen kijken, zou je op elk moment een groepje sterren achter de Zon zien staan aan de hemel. Alleen die sterrengroepjes die jaarlijks achter die baan van de Zon te zien zijn (met 8 graden afwijking naar boven en beneden) behoren tot de sterrenbeelden die ook wel wat te maken hebben met de dierenriem, al was het maar omdat deze sterrenbeelden zo’n 4000 jaar geleden dezelfde naam hadden als het dierenriemteken waar de Zon zich bevond op dat moment. Zo was er toentertijd in de lente een bepaald Sterrenbeeld waar te nemen achter de Zon dat leek op het beeld “Ram”, en een maand later verscheen er een volgend groepje sterren achter de Zon dat wel wat leek op een “Stier”. Wat nu het eerst kwam: de benaming voor die Sterrenbeelden of de benaming voor het deel van het seizoen, of de kip of het ei het eerst kwam, is niet met zekerheid te zeggen: het kan zijn dat de delen van de dierenriem hun naam ontleend hebben aan de sterrenbeelden die toentertijd achter de Zon stonden, het kan zijn dat de sterrenbeelden hun naam kregen van de symboliek van dat deel van de ecliptica waar de Zon zich bevond. Zo is de symboliek van Ram altijd iets “lente-achtigs”: springerig, spontaan, naïef, en als “eerste teken” van het begin van de reis van de Zon op het Noordelijk Halfrond heeft het altijd met het “beginnen van nieuwe ondernemingen” te maken.

Er zijn nog veel meer sterrenbeelden aan de hemel, die echter nooit achter de ecliptica verschijnen, maar haaks daarop staan, of bij de Noordpool of de Zuidpool in de buurt staan, of waar dan ook maar aan de hemel, denk maar aan de beelden “het Zuiderkruis”, “Orion”, “de Grote Beer”, de “Voerman”, de “Zwaan”, etc.

Iemand die voor een dierenriemteken het woord “sterrenbeeld” gebruikt (en dat doen alle mensen die geen kaas hebben gegeten van astrologie, vanwege de populariteit van de benaming “sterrenbeeld”) snapt dus nog niet helemaal waar de zodiak of dierenriem op gebaseerd is. De 12 beelden van de dierenriem zijn de 12 onderverdelingen van de Ecliptica (de schijnbare baan van de Zon) in 12 gelijke delen van 30 graden lengte.

De precessie van de equinox

Oftewel: waarom staan de Sterrenbeelden Ram t/m Vissen tegenwoordig niet meer op dezelfde plaats als de Dierenriemtekens Ram t/m Vissen?

precessie van de equinox

In de afbeelding hiernaast zie je dat de Aarde schuin staat ten opzichte van de baan waarin zij om de Zon heen loopt. Althans, het is de bedoeling dit te zien: de schuine stand is ongeveer 23 graden ten opzichte van de loodlijn en ongeveer 66 graden ten opzichte van de horizon. Interessante “bijkomstigheid” is dat het hart van de mens met dezelfde hoek “schuin” geplaatst is in het lichaam! De Aarde staat echter niet consequent met dezelfde hoek schuin, ze “wobbelt ” of “wiebelt” een beetje heen en weer in de loop van de tijd. Dat wil zeggen dat de pool-as van de Aarde soms wat schuiner en soms wat rechter staat! De Poolster (de ster die precies in het verlengde van de Noordpool ligt) blijkt na heel wat eeuwen opeens een heel andere ster te kunnen zijn! Het duurde een behoorlijk lange tijd voordat de mens daar achter kwam, de beweging is namelijk zo langzaam, dat je die in enkele generaties niet opmerkt. Pas in ongeveer 200 na Christus merkte Hipparchus, een Griekse astronoom, op dat allerlei sterren niet meer voorkwamen op dezelfde plaats als waar aantekeningen uit de oudheid zeiden dat de sterren stonden: er was een verschuiving opgetreden! Het “Noorden” verschuift in de loop van de tijd dan ook wat ten opzichte van het kosmische universum! De aarde maakt een bepaalde “tollende beweging”, net als een tol dus, maar heel erg langzaam. Als de Noordpool op moment “A” naar een bepaalde poolster “zus en zo” wijst, dan zal ze dit pas na 25920 jaar opnieuw doen. De beweging is dus heel minimaal, de pool-as maakt in feite een rondje, eens in de 25920 jaar, een “groot kosmisch jaar”. Als je 25920 deelt door 12, kom je uit op 2160 jaar. Dat betekent dat de aarde elke 2160 jaar in een ander dierenriemteken staat als je hetzelfde uitgangspunt neemt, bijvoorbeeld: voor wat betreft de positie van de Zon op een gegeven datum, uur en lokatie op de aarde.

Het verschuiven van de richting van de Noordpool heeft verregaande spirituele gevolgen. Het Noorden is namelijk altijd het symbool voor spirituele beïnvloeding, liever gezegd, van spirituele leiding. We richten ons altijd “naar boven” en onze eigen pool-as : de “ruggengraat” richt zich evolutionair gesproken ook altijd naar boven: evolutionaire kosmische energie gaat ook hier van beneden naar boven langs die “occulte ruggemgraat” “(“chakra-systeem”).

Een andere interessante “bijkomstigheid” is, dat deze tolbeweging van 25920 jaar notabene overeenkomt met het aantal ademhalingen van de mens in 1 dag. Wij hebben als mensen, die gemaakt zijn van hetzelfde spul als de hele kosmos, op microcosmische schaal de zelfde maten in ons zelf als de hele grootse kosmos buiten ons!

Zo’n groot tijdperk van 25920 jaar wordt dus een Groot Kosmisch Jaar genoemd, ook wel een Platonisch Jaar, en doordat de Aarde dus werkelijk rondtolt, rondcirkelt, zullen alle 360 graden van de cirkel van Sterrenbeelden dan ook een keer achter het punt “0 graden Ram” staan (en achter alle andere punten). Er was ooit een moment dat de 0e graad van het Sterrenbeeld Ram werkelijk overeenkwam met het “begin van de lente” (het 0 graden Ram punt in de astrologie, en overigens ook in de astronomie, alhoewel astronomen altijd heel dom iedereen nakwaken over dat astrologen zich vergissen en de “verkeerde dierenriem” zouden gebruiken en dat astrologen geen rekening zouden houden met de “precessie van de equinox”. En dan te bedenken dat ze het lentepunt (het begin van de lente) zelf ook 0 graden Ram noemen…..)

Als je 25920 jaar deelt door 360 (de hoeveelheid graden van elke cirkel), kom je op het getal 72. Dat is het aantal jaren dat 1 graad van de cirkel over een bepaalde positie doet. De vaste sterren aan de hemel (die zo ver weg staan, buiten ons eigen zonnestelsel om), staan om de 72 jaar (gemiddeld) ook een graad verder in de dierenriem. 72 is een magisch getal op verschillende manieren: het gaat ook om 6 omlopen van Jupiter, en is wellicht de achtergrond achter de Chinese “astrologie” die met perioden van 70-72 jaar werkt.

Over de kosmische betekenis van deze grote tijdperken van 2160 jaar heeft Sri Yukteswar, Guru van Paramahansa Yogananda, een heel inspirerend en indrukwekkend boek geschreven, (het enige boek dat hij ooit schreef): The Holy Science, SRF, Los Angeles. Het boek behandelt overigens ook andere principes van yoga en spiritualiteit.

Elke 2160 jaar (gemiddeld) komt er dus een ander “sterrenbeeld” te staan achter het deel van de ecliptica dat “Ram” heet, oftewel achter het dierenriemteken Ram. Vanwege de aard van de tolling van de aard-as, zal dit telkens een teken EERDER zijn, dus toen het sterrenbeeld Ram achter het dierenriemteken Ram stond, stond 2160 jaar later het sterrenbeeld Vissen achter het dierenriemteken Ram, en weer 2160 jaar later (zo ongeveer nu) het sterrenbeeld Waterman, achter dat zelfde dierenriemteken Ram: de lente begint nog steeds elk jaar op 21 maart. De sterrenbeelden zijn verschoven: het loopt “retrograde”, vandaar de benaming “precessie” = teruglopen, van de “equinox”, (is het lentepunt).

In de esoterische literatuur vind je regelmatig verwijzingen naar de betekenis van zo’n nieuw “tijdperk” van (circa) 2160 jaar. Het begin van het Ramtijdperk bijvoorbeeld, luidde een Joodse cultuur in, waarin het Lam (Ram) een hoofdrol speelde. Daarvoor hadden we het “Stier-tijdperk”: het tijdperk van de grote cultuur van de Egyptenaren, waarin de verering van de Stier een grote rol speelde. Jezus Christus en de Essener Gemeenschap luidde opnieuw een groot tijdperk in, zo’n 2000 jaar geleden: met een nieuwe geestelijke boodschap geldig voor het “Vissentijdperk”: de discipelen van Christus waren vissers, en Christus wordt veelvuldig met een Vis (“Ichtus”) afgebeeld. Binnenkort zal dus het Watermantijdperk aan de beurt zijn, met dezelfde oeroude spirituele boodschap in een nieuw jasje, geldig voor een Watermantijdperk (het computer/ en supertechnische tijdperk?) Waterman is het principe van individualiteit en vrijheid. Elke individuele mens zou in het Watermantijdperk wel eens weer ZELF een eigen ingang tot God kunnen hebben. Krishnamurti (Waterman-ascendant) was een van de mensen die het Watermantijdperk inluidde: “Volg niet een ander, maar jezelf”. Hij bedoelde overigens niet: volg je eigen wensen, maar volg je eigen Hoger Zelf. Yogananda heeft de speciale missie gehad om mensen een methode te geven waarmee ze ZELF in contact met God konden komen, door middel van bepaalde meditatietechnieken, technieken die de kerk geheel verloren heeft laten gaan in de afgelopen eeuwen. Er staat te lezen in de autobiografie van Yogananda dat Christus speciaal het verzoek heeft gedaan, via Babaji, om deze techniek die ook Christus en zijn discipelen toepaste, weer nieuw leven in te blazen, omdat er de laatste eeuwen alleen nog maar gepraat werd over spiritualiteit, maar iets zelf ervaren was er niet meer bij: de mensen waren “schapen” geworden die een uiterlijke autoriteit (de kerk) moesten volgen, en dat laatste is aardig aan het afbreken zo rond de wisseling van de 20e naar de 21e eeuw. Vissen is inderdaad het dierenriemteken van “”volgzaam” zijn, en van “lijden”. Waterman denkt dat spiritualiteit ook heel vreugdevol beleefd kan worden, blij. Het slachtoffergedrag van Vissen komt ten einde op hetzelfde moment als het Vissentijdperk ten einde komt.

Wanneer begint nu het nieuwe Watermantijdperk?

Weet je dat niemand dat met zekerheid kan zeggen? Het gaat hier namelijk om wanneer het fysieke Sterrenbeeld Waterman achter het punt 0 graden Ram zal komen te staan voor het eerst (eerst 30 graden Waterman, dan 29 Waterman, enzovoorts). De dierenriemcirkel is keurig verdeeld in 12 stukjes van elk exact 30 graden lengte, (en dat werkt inderdaad zo exact in de Westerse astrologie!) maar de werkelijke sterrenbeelden lopen in elkaar over, er zijn geen “keurige lijntjes” aangebracht wanneer het ene beeld begint en het andere ophoudt!

Ik heb zelf het probleem van het begin van het Watermantijdperk op puur astrologische wijze opgelost:-) Vissen betekent namelijk:”collectief”, het grenzeloze eenheidsgevoel, en op een ander vlak: het volgen van de “grote massa” van een enkele leider. Waterman betekent zowat het omgekeerde: het doen van de dingen op je eigen moment, individualiseren (een term die pas in deze eeuw in zwang is gekomen (C.G.Jung), en ZELF iets ervaren, niet omdat een ander het zegt. Vissen is op een bepaalde manier ook trance, slapen en het collectief onbewuste. Waterman is wakker zijn, bewustwording, en individuatie dus. Daaruit volgt, dat iedereen op zijn of haar eigen moment het Watermantijdperk ingaat – we gaan niet collectief het Watermantijdperk in. De ene heeft dat in mei 1988 gedaan, de ander in 1993, weer een ander pas in 2050. Het collectief zal misschien werkelijk pas over een paar honderd jaar in “het Watermantijdperk” aankomen.. Mijn vermoeden is, dat tegen de tijd dat we het Steenboktijdperk in gaan, zo over ruim 2000 of 2200 jaar, we WEL overeenstemming bereiken zullen over wanneer dat tijdperk nu precies begint, omdat het principe van Steenbok “begrenzing”, “structuur” en zelfs “status quo” is. Steenbok beheerst de tijd zelf en dus ook de tijdsperioden. Daarvoor zullen we echter allemaal zeker opnieuw moeten incarneren, omdat mee te maken:-)

De siderische dierenriem & de astronomische zodiak

In de Amerikaanse efemeride vindt je rechts onderaan een tabelletje met SVP (Synetic Vernal Point): dat zich ongeveer op 5 graden Vissen bevindt. Als je dat opzoekt voor de maand januari 1900 zie je het SVP (het synetische lentepunt) staan op 6.39 Vissen en als je in de maand januari 2000 kijkt, staat het op 5.15 Vissen. Dat schiet ook niet erg op: het zou betekenen dat we nog ruim 5 graden Vissen te gaan hebben, en als 1 graad 72 jaar nodig heeft, zijn we volgens deze gegevens nog minstens 360 jaar bezig met het einde van het Vissentijdperk. Natuurlijk is dat op een schaal van 2160 jaar wel degelijk het laatste “staartje” van Vissen, maar je kunt je wel degelijk afvragen of dit klopt in het licht van het Vissen-of Watermantijdperk, omdat God nu eenmaal geen keurige lijntjes aangaf daar aan de hemel. Het uitgangspunt voor dit SVP namelijk zijn berekeningen van de astroloog Cyril Fagan, die de tropische en siderische zodiak voor wat het punt 30 graden Vissen betreft samen liet vallen 221 na Christus. Hoe kan dat nou weer? Om de zaak ingewikkeld te maken: er zijn

  • 1 en 2) twee dierenriemen: een tropische (Westerse astrologie) en een siderische (Hindu-astrologie)
  • 3) en de werkelijke sterrenbeelden die dus niet nauwkeurig met lijntjes aangegeven zijn en die bovendien ook nog verschillend zijn qua grootte: ze zijn niet allemaal keurig 30 graden qua lengte, sommige zijn veel kleiner, andere veel groter……….

We hebben dus nu in totaal al drie soorten “dierenriemen” ……

  • 1) de dierenriem van de Westerse astrologie, de tropische zodiak – gewoon gebaseerd op de cyclus van het jaar, keurig verdeeld in vier kwadranten, vier seizoenen, van elk 3 tekens van 30 graden lengte, waarvan de belangrijkste markeringspunten de werkelijke omkeerpunten van de Zon zijn: twee keer over de equator heen, en op de Kreefts-en Steenbokskeerkring
  • 2) de siderische dierenriem (die voornamelijk in de Hindu astrologie gebruikt wordt) : gebaseerd op ONGEVEER het begin van een werkelijk sterrenbeeld bij het begin van de lente en dan 30 graden doorgeteld voor elk opvolgend teken (terwijl de werkelijke sterrenbeelden dus helemaal niet zo keurig 30 graden van lengte zijn).
  • 3) en tot slot, de astronomische zodiak, die, ook al zijn de grenzen niet exact bekend, toch gemaakt en getekend is aan de hemel. Hierbij zijn de verschillende sterrenbeelden of “constellaties” niet allemaal even lang.

Op een website (die nu niet meer bestaat) van de Encyclopedia Brittanica: afkomstig van het tijdschrift Sky & Telescope stond te lezen dat op dit moment, in het jaar 2000, het verschil tussen onze westerse dierenriem (tropische zodiak) en de ASTRONOMISCHE dierenriem, oftewel de werkelijke constellaties aan de hemel, als volgt is:

Dierenriemteken/constellatieData waarop de Zon hier doorheen loopt in “onze” astrologieData waarop de Zon er doorheen loopt volgens de astronomie:
Steenbok22 december-21 januari21 januari -16 februari: ca 26 graden lengte
Waterman22 januari-21 februari16 februari – 11 maart: ca 24 graden lengte
Vissen22 februari – 21 maart11 maart- 18 april: ca. 38 graden lengte
Ram22 maart – 21 april18 april – 13 mei: ca. 25 graden lengte
Stier22 april – 21 mei14 mei – 22 juni: ca. 38 graden lengte
Tweelingen22 mei – 21 juni22 juni – 21 juli: ca. 29 graden lengte
Kreeft22 juni – 21 juli21 juli – 10 augustus : ca 20 graden lengte
Leeuw22 juli – 21 augustus10 augustus – 16 september: ca. 37 graden lengte
Maagd22 augustus – 21 september16 september – 31 oktober: ca. 45 graden lengte
Weegschaal22 september – 21 oktober31 oktober – 23 november: ca. 23 graden lengte
Schorpioen22 oktober- 21 november23 november – 29 november: ca 6 graden lengte PLUS
beeld Ophiuchus: 29 november – 18 december: 19 graden lengte
Boogschutter22 november – 21 december21 december – 18 januari: ca 34 graden lengte

Als we de drie “dierenriemen” onder elkaar zetten, qua lengte, zien we ook de verschillen:

de tropische zodiak is een SYMBOLISCHE zodiak met “echte” markeringspunten gebaseerd op de omloop van de ZON heeft elk teken 30 graden lengte en 0 graden Ram is gewoon het begin van de Lente.
In de Siderische zodiak begint de lente OP DIT MOMENT met 5,5 graden Vissen (ongeveer, er is verschil van mening over) en vervolgens worden alle tekens 30 graden doorgeteld. Overigens: het verschil in graden tussen de tropische zodiak en de siderische zodiak, op dit moment dus ongeveer 24,5 graad aftrekken van onze dierenriem, wordt de “Ayanamsa” genoemd.
De astronomische zodiak volgt de sterrenbeelden aan de hemel, en NIET het pad van de Zon of de Ecliptica.

Een tekening die de situatie uit 1983 laat zien ter vergelijking met onze tropische zodiak (zie Robert Powell: “The Zodiac, a historical Survey”, ACS publications, Series All About Astrology, 1985, ISBN 0-917086-69-4) illustreert een en ander:

De BOVENSTE regel laat de verdeling van de tropische zodiak zien (die in de westerse astrologie gebruikt wordt): alle tekens zijn 30 graden groot, en bij het begin van de lente begint 0 graden Ram.

De MIDDELSTE regel laat de siderische zodiak zien volgens Cyril Fagan: op dit moment (1983 trouwens) is het lentepunt van 0 graden Ram in onze zodiak hetzelfde als 5 1/2 graad Vissenvan deze siderische zodiak: nog 5 graden Vissentijdperk te gaan. Als het bij “ons” 0 graden Stier is, is het 5,5 graden Ram in deze siderische zodiak.

De ONDERSTE regel laat de werkelijke sterrenbeelden zien: aangezien deze niet allemaal dezelfde lengte hebben (ze zijn toch ingedeeld op bepaalde graden) komt deze helemaal niet overeen met de siderische zodiak, waarvan vaak beweerd wordt dat deze op de “werkelijke sterrenbeelden” zijn gebaseerd. Het BEGINPUNT van de siderische zodiak poogt om in overeenstemming te zijn met de “werkelijke sterrenbeelden” (het lentepunt), maar daarna zijn alle tekens 30 graden groot in de siderische zodiak. In de astronomische zodiak worden de relatieve “werkelijke grootten” afgebeeld: 0 graden Vissen in de astronomische zodiak komt overeen met 26.55 graden Waterman van de middelste reeks hierboven: de siderische zodiak. Het sterrenbeeld Ram van de astronomische zodiak komt overeen met 3.57 tot 28.41 Ram van de siderische zodiak (en met ongeveer 25 graden Ram tot ongeveer 23 graden Stier van onze tropische zodiak). Het lentepunt van de astronomische zodiak valt hier ook ergens op 5 1/2 graad Vissen.

Maar nogmaals: de werkelijke sterrenbeelden aan de hemel zijn niet “exact”, omdat er groeperingen van sterren over elkaar heen lopen, er kleinere en grotere beelden zijn en God geen lijntjes aan de hemel heeft getekend. Als je werkelijk 5 1/2 graad Vissen aanhoudt als lentepunt op dit moment in de tijd (en nogmaals: dat is arbitrair) , duurt het dus nog heel lang voor het Vissentijdperk werkelijk is afgelopen, en het Watermantijdperk begint. Maar misschien duurt het inderdaad nog wel een paar eeuwen voor de hele mensheid “wakker” is geworden, voor er werkelijk een kwantumsprong in het bewustzijn is gemaakt, en zijn het op dit moment de individuele enkelingen die voorop lopen. De spirituele impuls van het Christendom (het Vissentijdperk) is niet voorbij, het gaat om een individuele beleving van diezelfde impuls.

Reacties zijn gesloten.